Kolet Janssen

auteur

Vuil! of de avonturen van Kuka Agan


Voor leeftijd: 10 jaar en ouder

Auteur: Kolet Janssen
Illustrator: Paul De Becker

Uitgegeven door Davidsfonds
1988
124 pagina’s
ISBN 90-6152-515-2

Gekke avonturen rond een wezentje uit een vuilniswagen


Vuil 

Op zekere dag wordt het doodnormale schoolleventje van de tweeling Jeroen en Karen verstoord door de komst van Kuka Agan. Zij is een “vuilenares”, één van de fantastische wezentjes die in vuilniswagens wonen en nu is ze een week met vakantie.
Kuka en haar nieuwe vriendjes beleven samen de gekste avonturen: op school met de meester, thuis met moeder en vader, in het stadspark, waar Kuka in een afvalcontainer bedwelmd raakt, maar de meester Kuka uit haar benarde situatie redt. Het afvalprobleem loopt daarbij als een rode draad doorheen het verhaal…

Verkrijgbaar via

Leesfragment
Vader zet voor hij vertrekt nog even de vuilniszakken buiten. Dat is niets te vroeg, want vooraan in de straat komt de grote oranje wagen van de vuilophaaldienst al aan. Twee mannen in groene werkpakken tillen de zware zakken op en met een klein boogje gooien zij ze aan de open achterkant van de vuilniswagen naar binnen. Met veel geknars en gepiep worden de zakken in de malende mond van de enorme machine fijngemalen.
‘Nou, jullie zijn er ook vroeg bij vandaag!’ roept vader.
‘Ja, zomeruur,’ zegt één van de mannen, ‘vroeg beginnen en vroeg ophouden, dat is niet gek!’
Dan springt vader op zijn fiets en rijdt naar kantoor.
Nu is het stil en leeg in de Zilverstraat nummer 27. Leeg? Heel langzaam gaat in de keuken het deksel van de keukenvuilnisbak naar omhoog. Twee kleine handjes omklemmen de rand. Een klein rond kopje kijkt voorzichtig glurend rond. Dan zwaait er eerst één beentje en dan nog één uit de vuilnisemmer, en met een sprongetje belandt een klein, harig vrouwtje op de tegels van de keukenvloer. Ze ziet er heel merkwaardig uit. Erg groot is ze niet, ongeveer zo lang als een potlood. Van kop tot teen is ze bedekt met een groezelige oranje vacht. Alleen haar gezichtje, haar handjes hen haar voetjes zijn bloot. Bovenop haar hoofd staan een paar glanzende lichtblauwe konijne-oortjes, die heel beweeglijk alle kanten op kunnen flitsen. Met een bevallig gebaar haalt ze een appelschilletje tussen haar oren vandaan. Ze aarzelt niet lang en klimt gezwind langs de tafelpoot en een tip van het tafellaken op tafel. Daar springt ze een tijdje vrolijk rond tussen de broodkruimels en de vuile kopjes. Met zichtbaar plezier waadt zij door de plas rond Karens bord. Dan roept ze uit: ‘Smurrie en rotzooi! Zowaar ik Kuka Agan heet, wat ziet het er hier heerlijk smerig uit! Ik denk dat ik hier maar eens een tijdje blijf.’

Recensie
Op een dag komt de ‘vuilenares’ Kuka Agan, bij de tweeling Jeroen en Karen om daar een weekje vakantie te houden. Ze beleven samen allerlei gekke avonturen. Het afvalprobleem loopt daarbij als een rode draad door het verhaal. Debuut van schrijfster Kolet Janssen die een modern gezin schetst met de daarbij behorende milieuproblemen. Irreëel is het wezentje Kuka Agan dat in een vuilniswagen leeft en vuil verwerkt. Ze is grappig, houdt van vies en vuil, is allergisch voor zeep en heeft als stopwoord ‘smurrie en rotzooi’. In het boek wordt duidelijk gemaakt dat je zelf veel aan het milieuprobleem kunt doen door te sorteren (b.v. glascontainer), samenpersen en recyclen van papier, plastic, metalen etc. De grappige, snel opgezette zwart-witte pentekeningen vullen het verhaal op een positieve manier aan. Een vlot leesbaar boek. 

T.M. van den Akker-Westerbeek
NBD Biblion, 1988

Prijs
Eervolle vermelding bij de Van Maerlant-debuutprijs in 1987