Kolet Janssen

auteur

Wisselkind


Voor leeftijd: 11 jaar en ouder

Auteur: Kolet Janssen
Illustrator: Karl Meersman

Uitgegeven door Davidsfonds
2000
92 pagina’s
ISBN 90-6565-935-8

Intrigerende thriller
Een onbekende dode jongen, twee gesloten kinderen met een verwarde moeder, de politie die helemaal in het duister tast… Wisselkind is bevreemdend en spannend tot de laatste bladzijde.


wisselkind

Op de Elfenheuvels wordt een jongen van zes dood teruggevonden. Niemand weet wie hij is of waar hij vandaan komt. In elk geval is het niet de vermiste zesjarige naar wie de politie zoekt. Die duikt pas enkele uren later op, samen met zijn oudere zus. Ook op de Elfenheuvels! De politie staat voor een raadsel. Wat is er toch met de twee kinderen gebeurd? En vooral, hebben zij iets te maken met die dode jongen? Maggy, die voor de politie werkt, houdt zich bezig met de kinderen. De zelfzekerheid van Reina, het meisje, verbaast en intrigeert haar. Even lijkt het erop dat Maggy achter de waarheid zal komen…

Verkrijgbaar via

Leesfragment
Gewoonlijk was het Eric van wie Maggy haar opdrachten kreeg, maar vandaag moest ze bij Bruno komen. ‘Bij de grote baas?’ vroeg ze verwonderd. Eric knikte somber. ‘Een zaak waar geen kop of staart aan te vinden is, zei hij. ‘Bruno wil het je zelf uitleggen. Er zit een hoop smeerlapperij achter, als je het mij vraagt.’
Maggy trok vragend haar wenkbrauwen op. Maar Eric zweeg. Door de gang liep ze naar Bruno’s kamer. Na vijf jaar vond ze haar werk nog steeds leuk. Afwisselend, zoals ze gehoopt had. Als maatschappelijk werkster was ze het menselijke gezicht van de politiedienst, en dat beviel haar wel. Echt speurwerk hoefde ze niet te doen. Wel kwam ze veel in de gezinnen van daders en dat maakte meestal heel wat duidelijk.
Bruno wees op de stoel voor zijn bureau en haalde een vaalgele map uit een stapel. ‘Het gaat om de zaak-Vanalphen’, zei hij kort. ‘Een heel vreemde zaak. Als de journalisten er lucht van krijgen, en dat duurt beslist niet lang meer, is het binnen een uur het hoofdpunt van het nieuws. En we kunnen hun niet veel vertellen, vrees ik.’ Hij keek Maggy onderzoekend aan. ‘Ken je de Elfenheuvels?’
Maggy knikte. Het was een heidegebied tussen hun gemeente en de volgende. Niet groot genoeg om er wandelroutes in aan te leggen, dus er was niet veel te beleven. Sommige mensen gingen er in juli bosbessen plukken.
‘Afgelopen nacht is daar een kinderlijkje gevonden. Een jongetje van een jaar of vijf, zes. Al enkele weken dood, volgens de eerste gegevens’, ging Bruno verder.
‘Door wie is het gevonden?’ vroeg Maggy. Soms was dat een eerste aanwijzing.
‘Door een agent van onze dienst, geloof het of niet’, zei Bruno droog. ‘We waren op zoek naar een vermist jongetje van die leeftijd. Als vermist opgegeven door zijn school. Daar vonden ze het vreemd dat ze de moeder al zo lang niet meer gezien hadden. De jongen werd de laatste tijd alleen nog door zijn zus gebracht en gehaald. Tot hij helemaal niet meer kwam. In hun huis geen teken van leven. Dat was dus al heel merkwaardig. Dan vinden we met meer geluk dan wijsheid dat lijkje. Maar hou je vast: het gaat om een andere jongen! Amper een paar uur later vinden we de vermiste jongen levend terug, samen met zijn zus. Ook op de Elfenheide. En tegen de ochtend ontdekken we hun moeder, volslagen kierewiet, in een van die leegstaande vakantiehuisjes daar in de buurt. Ze is opgenomen bij de Broeders. Er was geen verstandig woord uit haar te krijgen. De twee kinderen wachten nu in de koffiekamer. Je kunt best eerst met hen praten, en een oplossing voor hen zoeken.’
Maggy knikte weer. Het gebeurde wel vaker dat ze kinderen moest opvangen. Kinderen van daders of van slachtoffers. Dat maakte eigenlijk niet veel verschil. Ontredderd waren ze hoe dan ook.
‘Probeer uit te zoeken wat er aan de hand is’, zei Bruno. ‘Wat we tot nu toe weten, houdt geen steek.’
Maggy stond op. Maar Bruno stak zijn hand uit om haar tegen te houden. ‘Weet je wat zo raar is? Dat dode jongetje op de Elfenheuvels is nooit als vermist opgegeven. Kun je je zoiets voorstellen? Vijf of zes jaar oud, al meer dan twee weken weg, en niemand die het zelfs maar komt melden!’ Hij schudde het hoofd. ‘Ik ben bang voor wat er te voorschijn komt, als we hierin gaan graven.’

Recensie
Op de Elfenheuvels wordt het lijk ontdekt van een zesjarig jongetje. Op ongeveer hetzelfde ogenblik en dezelfde plaats worden twee vermiste kinderen teruggevonden. Reina van zestien en haar broertje Remco van zes. Het is het begin van een bevreemdend verhaal over twee kinderen die als peuter verwisseld zouden zijn.
De lezer wordt van bij het begin op een vreemd spoor gezet: een elf gaat in de mensenwereld op zoek naar het verwisselde kind dat eigenlijk een elfenwelp is. De elfen zijn met uitsterven bedreigd en zoeken versterkend bloed bij de mensen. Intussen zoekt men in de mensenwereld naar de identiteit van het lijkje en onderzoekt de sociale werkster Maggy de vreemde verhouding tussen Reina, Remco en hun moeder, die tijdelijk in een psychiatrische instelling zit. Blijkt dat zus Reina al die tijd vermoedt dat Remco niet haar echte broertje is, en dat dit haar moeder heeft ziek gemaakt.
Het verhaal is heel spannend opgebouwd en bijzonder vlot verteld, het sleept je mee.

Jet Marchau,
Vlabin 29.03.2000