Kolet Janssen

auteur

Zullen we ruilen?


Voor leeftijd: 7 jaar en ouder

Auteur: Kolet Janssen
Illustrator: Mark Janssen

Uitgegeven door Maretak (in de reeks Villa Alfabet Groen)
2003
95 pagina’s
ISBN 90-437-0162-9

Spannend verhaal over anders zijn, vrienden en ouders
De sportieve Marte past beter bij Tessa thuis en Tessa bij Martes gezin. Makkelijk geregeld toch, gewoon ruilen.
En de eerste dagen lijkt het ook zo, maar dan…


zullen we ruilen 

‘Heb je gezien dat er een brief van judo is voor jou?’ vraagt papa.
Tessa knikt met haar mond vol, natuurlijk heeft ze die brief gezien. Papa is blijkbaar niet verwonderd over die brief. Tessa gluurt naar mama. Die kijkt iets te onschuldig naar haar bord. Die gluiperds hebben haar echt ingeschreven.
En dat is voor Tessa de druppel die de emmer doet overlopen. Ze pikt het niet meer dat ze niet zichzelf kan zijn thuis. En ze neemt een drastisch besluit: waarom zou ze niet ruilen met haar vriendin Marte?

Verkrijgbaar via

Leesfragment
‘Heb je gezien dat er een brief is voor jou?’ vraagt papa. Hij heeft zijn jasje uitgetrokken en zijn das hangt over de televisie. Voor de rest ziet hij er nog keurig uit. Mama nu ook, maar ze trekt meestal meteen haar mantelpakje uit en haar joggingpak aan als ze thuiskomt. De bank waar ze allebei werken, wil dat ze netjes gekleed gaan. Tessa vindt het erg stijf. Ze knikt met haar mond vol, natuurlijk heeft ze de brief gezien. Papa is blijkbaar niet verwonderd over die brief. Tessa gluurt naar mama. Die kijkt iets te onschuldig naar haar bord. Die gluiperds hebben haar echt ingeschreven!
Ze speelt het cool. ‘Het moet een misverstand zijn,’ zegt ze, ‘ik ga natuurlijk niet naar judo.’
‘Waarom niet?’ lacht Marijn. ‘Je hebt toch een mooie badjas?’
Tessa geeft hem een schop onder tafel, maar hij geeft geen kik.
Papa schraapt zijn keel en woelt door zijn haar. Dat doet hij altijd als hij iets moeilijks moet zeggen. ‘Eh, mama en ik dachten dat het geen slecht idee was voor jou, die judo. Het is toch een heel rustige sport?’
Mama knikt. ‘Je kunt het helemaal in je eigen tempo doen. En je moet er goed je hersens bij gebruiken! Echt iets voor jou, vonden wij.’ Ze slaat haar ogen neer en schept haar vork vol.
Tessa voelt de woede in haar buik groeien als een ballon die opgeblazen wordt. Ze laat haar vork op tafel vallen. De wortelpuree smaakt opeens naar nat papier.
‘Ik dacht dat ik zelf mocht kiezen wat ik in mijn vrije tijd doe,’ roept ze uit. ‘En ik wil niet naar judo! Ik vind het achterbaks en gemeen dat jullie mij achter mijn rug hebben ingeschreven!’
Papa begint aan een van zijn opvoedkundige toespraken. Over hoe belangrijk het is om je gezondheid van jongs af aan goed te verzorgen. Dat de conditie van jongeren er volgens specialisten zienderogen op achteruitgaat. Dat Tessa hem later dankbaar zal zijn voor dit duwtje in de rug. Dat judo ook heel goed is omdat meisjes zich ermee leren verdedigen en je weet nooit wanneer dat nog van pas komt. Tessa schakelt haar luisterknop uit en concentreert zich op haar bord. Ze verdeelt het eten in zes gelijke porties die ze op haar vork schuift en in haar mond propt. Ze gaat niet naar judo. Dan kan ze net zo goed mee naar voetbal met Marte. Die is daar gek op en heeft haar al vaak gevraagd of ze niet meedoet. Nee dus. En ook geen judo.
‘Je kunt het toch minstens wel een les proberen,’ dringt mama aan, ‘dan kun je zelf zien hoe leuk het is. Het is echt niet zoals jij denkt.’
‘Mama,’ zegt Tessa, terwijl ze voorover leunt en haar moeder recht in de ogen kijkt, ‘ik heb geen zin in judo. Punt uit.’
Dennis trekt een droogdoek van het rek en rolt er een lange worst van. ‘De rood-wit geruite band!’ schreeuwt hij.
Marijn pakt de droogdoek beet en rukt Dennis dichterbij. Samen geven ze een heel geloofwaardige judovoorstelling. Ze rollen over de grond tot Dennis’ stoel omvalt.
‘Ophouden, jongens!’ zegt papa. Hijgend komen ze weer aan tafel zitten, waarop mama net een schaal vruchtenyoghurt neerzet.
Tessa eet. Waarom kunnen ze haar niet met rust laten? Iedereen hoeft toch niet van sport te houden? Ze zwijgt, al sputteren de woorden vanbinnen door elkaar. Maar ze klemt haar tanden om haar lepel en zegt niets.

Recensie
Tessa voelt zich niet gewaardeerd door haar ouders, die vooral van sportieve kinderen houden. Tessa speelt dwarsfluit en tekent graag. “Ze is echt wel een beetje anders dan wij,” vinden haar ouders. Tessa’s vriendin Marte zou beter bij hen passen. Marte zit zelfs op meisjesvoetbal. Zij zou wel willen dat haar ouders haar verrassen met een inschrijving voor de judoles. Maar voor Tessa is het de laatste druppel. Ze ruilt met Marte van gezin… Haar ouders beginnen nu na te denken over haar eigen aard, maar dan gebeurt er iets heel ergs. Tessa’s broer Marijn heeft een verkeersongeval. Hij belandt in een coma in het ziekenhuis….
Er zijn nog meer verwikkelingen in dit spannende verhaal. Verrassing en actie worden afgewisseld met overdenkingen en dialogen. Gevoelens worden met bijzondere aandacht verwoord. Als Marijn ontwaakt uit de coma: “Alles komt goed. Er zit een brok troost in haar buik, die zich langzaam uitstrekt naar haar benen, haar armen en haar hoofd.”
Dit realistische verhaal heeft als thema ‘anders zijn’. Het gevoel dat je verwisseld bent bij de geboorte, dat je in je gezin niet thuishoort. Dit universele gevoel wordt in dit vlot leesbare boek uitgewerkt in een evenwichtige mix van gedachten en handelingen. Achter in het boek staan enkele didactische bladzijden. Een getekend huis met gevoelens, een uitnodiging om een e-mail naar de schrijfster te sturen, en vijf denkvragen over de inhoud.

Heidi Vyncke
Vlabin 31 december 2003