Kolet Janssen

auteur

Slijmbal, superman en soepjurk


Voor leeftijd: 10 jaar en ouder
Auteur: Kolet Janssen
Illustrator: Chantal Peten

Uitgegeven door Clavis
2013
87 pagina’s
ISBN: 9789044819144 (hardback)

Spannend detectiveverhaal
Mattis heeft mucoviscidose. Dat is vervelend, maar het belet hem niet
om samen met zijn vrienden op zoek te gaan naar de dader van een
inbraak in het schuurtje van zijn overburen.

cover_9789044819144_1000

De vrienden gaan op onderzoek uit om de dief te ontmaskeren. Maar dan wordt Mattis, die aan mucoviscidose lijdt (of taaislijmziekte — vandaar zijn bijnaam ‘slijmbal’) plots ziek en moet hij een paar weken naar het ziekenhuis…

Verkrijgbaar via:

 

Leesfragment 
In een slakkengangetje fietste Mattis na de kine naar huis. Hij was moe van de oefeningen. Als hij thuis kwam, zou het al bijna tijd zijn om te eten. Daarna moest hij zijn huiswerk nog maken en nog aërosollen. Tijd voor iets leuks bleef er amper over. Nijdig trapte hij verder. Het werd al een beetje donker, maar hij had geen zin om te stoppen en de klemlampjes uit zijn rugzak te halen. Nog twee straten en hij was thuis. Zijn huis lag in de bocht van de straat. Hij zag al van ver dat de auto van de overburen op de oprit stond. Er liep iemand om de auto heen. Dat zou Joris, de overbuurman, wel zijn. Maar iets in de manier waarop de figuur bewoog, was vreemd. Mattis vertraagde en keek scherp toe. Het was Joris niet. De figuur droeg een donker leren jasje en glipte voorzichtig langs de auto naar de zijkant van de oprit. Wilde hij in de auto inbreken? Maar hij had geen oog voor de auto. Hij hield zijn blik gericht op iets in de hoogte. Mattis fietste geluidloos dichterbij en volgde de blik van de man in de leren jekker. Hij keek naar het raam. Daar brandde licht. Wilde hij weten of er iemand thuis was?
Mattis draaide voorzichtig zijn eigen oprit op, maar de man had hem toch gehoord. Hij schrok en probeerde weg te duiken. Maar toen hij merkte dat Mattis hem gezien had, knikte hij aarzelend en liep naar de stoep en verder. Het was nog een jongeman, zag Mattis. Maar wat moest hij hier? Hij gedroeg zich meer dan verdacht. Mattis stalde zijn fiets in de garage en liep naar de keuken.
Mama wierp een korte blik op hem. ‘Jij moet dringend iets eten’, zei ze. ‘De soep is al klaar. Ik schep je een kom uit. Doe er maar veel kaas en broodkorstjes in.’
Mattis ging op zijn vaste plek bij het keukenraam zitten en tuurde naar buiten. Bij de overburen was niemand meer te zien.
‘Ik zag een man’, zei hij. ‘Iemand die rondhing bij de auto van Joris.’
Het klonk nogal stom als je het zo vertelde.
Mama keek niet op van de snijplank waarop ze bezig was een uit te hakken. ‘Een vriend van Gino misschien?’ opperde ze. Gino was de broer van Angelina. Hij studeerde aan de hogeschool.
‘Ik weet niet’, aarzelde Mattis. ‘Hij deed een beetje raar, vond ik.’
‘Studenten’, blies mama. ‘Die doen wel vaker een beetje raar. Dat hoort er volgens hen bij.’
Mattis viel aan op zijn soep. Toen papa thuiskwam, had hij al twee koppen achter de kiezen.
Papa gaf hem een harde klap op zijn schouder. ‘Zo, Mattis, heb je hard gewerkt vandaag?’ vroeg hij.
‘Natuurlijk’, antwoordde Mattis. ‘En jij?’
‘Ik heb de hele dag op mijn kantoor liggen slapen’, lachte papa.
‘Dan mag jij straks fijn opruimen’, meende mama.
Papa lepelde zijn soep naar binnen.
‘Hebben ze bij Joris en Lina trouwens een logé?’ vroeg hij.
‘Waarom vraag je dat?’ wilde mama weten.
Papa haalde zijn schouders op. ‘Ik zag daar een jongen een beetje schichtig rondlopen toen ik thuiskwam’, zei hij.
Mattis keek op. ‘Had hij een leren jekker aan?’
‘Ik geloof van wel’, dacht papa. ‘Heb jij hem ook gezien?’
Mattis vertelde wat hij had gemerkt.
‘Vreemd. Misschien moeten we het aan Joris en Lina vertellen’, opperde papa. ‘Dat ze in elk geval alles goed afsluiten.’
‘Dat is een beetje voorbarig’, meende mama. ‘Het is vast gewoon een vriend van één van de kinderen daar.’
‘Misschien’, gaf papa toe. ‘Maar ik zal de deur toch extra goed op slot doen vannacht!’
De straatlampen waren nu aan en Mattis tuurde in de lichtcirkels, maar er was niets meer te zien. Alleen achter de ramen brandde er licht. Hij zou het niet fijn vinden als er een inbreker in hun huis zou komen. Maar blijkbaar waren papa en mama er nogal gerust op.
Mama reikte hem de aërosol aan en hij begon eraan, terwijl hij probeerde te bedenken of hij voor morgen nog veel huiswerk had opgekregen. Het viel wel mee, dacht hij. Toen nam hij een grote hap lucht en stuurde die zo diep als hij kon zijn longen in.

Recensie 
In het huis van de overburen van Mattis is er van alles gaande. Mattis ziet overdag vaak een jongeman rondsluipen en op een nacht is er een poging tot inbraak. Mattis word wel erg nieuwsgierig door deze gebeurtenissen. Wanneer hij dit aan zijn vrienden waarmee hij samen een groepswerk rond “kunst” maakt vertelt, besluiten ze met zijn drieën op onderzoek te gaan.
Ze houden de overburen nauwgezet in de gaten en krijgen zelfs de kans om er binnen te gaan om Gino op te zoeken. Gino is de zoon van de overburen en speelt trompet. Ze willen hem vragen dit in hun klas te komen doen, voor de presentatie van het groepswerk. Zou het niet supercool zijn als Gino daar The Last Post kon komen spelen? Ze zijn dan ook heel blij wanneer Gino met hun voorstel instemt. Zijn oma is net overleden en hij wil zijn gedachten wel eens verzetten. Bij zijn zus kan hij niet terecht, want die heeft het veel te druk met haar eigen liefdesleven. In zijn oude school trompet gaan spelen, lijkt hem dus wel wat.
Dan krijgt Mattis koorts. Omdat hij al heel zijn leven mucoviscidose heeft – taaie slijmen in zijn longen – moet hij twee weken in het ziekenhuis blijven. Intussen houden Victor en Susanne hem op de hoogte van het onderzoek naar de inbreker. Ze tekenen schoenzolen over, doen een buurtonderzoek … Zullen ze de dief uiteindelijk ontmaskeren?
Dit vrolijke verhaal over drie vrienden bevat heel wat informatie over de ziekte mucoviscidose, zonder dat je het gevoel krijgt dat deze je opgedrongen wordt. Het is mooi geschreven, met aanvullende toffe en eenvoudige potloodtekeningen.

Tine Geuens
www.pluizer.be 2013