Kolet Janssen

auteur

Mosterdzaadjes – Jezus vindt vrienden

4 februari 2022

Illustratie Roel Ottow

Simon was moe. Met trage bewegingen spoelde hij de netten en keek na of er geen gaten moesten hersteld worden. De hele nacht hadden hij en zijn broer Andreas keihard gewerkt in hun vissersboot, maar ze hadden niet eens genoeg gevangen om er behoorlijk van te eten. Om te verkopen was er al helemaal niets over. Geen geld in het laatje dus. Die stomme vis wilde gewoon niet bijten.

Een eindje verder wandelde een groep mensen langs de oever van het meer. Die man Jezus was in hun midden en praatte maar raak. Voor Simon hoefde dat allemaal niet meer. Een paar weken lang hadden ze Johannes gevolgd, hij en zijn broer. Zeker, ze waren onder de indruk geweest van wat Johannes zei. Maar uiteindelijk bleef het allemaal bij woorden. Wat had je aan mensen die altijd maar praatten? Met woorden alleen kon je de wereld niet veranderen. Het kwam erop aan om iets te doen. En dus waren Andreas en hij opnieuw gaan vissen.

Kwam die Jezus nu naar hem toe? Inderdaad! ‘Hallo, Simon’, zei hij. ‘Mag ik een eindje meevaren in je boot? Dan kunnen we wat vis ophalen.’

Simon grijnsde. ‘Mijn broer en ik hebben ons de hele nacht uitgesloofd, en bijna niets gevangen’, zei hij. ‘Maar als meneer het wil, proberen we het nog een keer.’ Dan kan hij zelf zien dat vissen wel wat moeilijker is dan praten, dacht Simon.

‘Vaar daarheen, naar diep water’, wees Jezus. ‘En gooi daar je netten uit.’ Simon deed wat Jezus vroeg. Hij geloofde niet dat het zou lukken. In diep water had je nog minder kans om de vis te slim af te zijn. Toen hij en Andreas het net weer wilden ophalen, leek het ergens vast te zitten. Ook dat nog, dacht Simon kwaad. Maar het net zat niet vast. Het was zwaar, omdat het helemaal vol zat. Zo vol, dat ze het onmogelijk aan boord kregen. Simon riep naar Johannes en Jakobus, die in een boot vlakbij voeren. Ze kwamen helpen en samen brachten ze twee volle boten vis aan land.

Ze konden hun ogen haast niet geloven. Zoveel vis! Simon keek Jezus verwonderd aan. Jezus lachte. ‘Jij bent gewoon een goede visser, dat is wel duidelijk!’ zei hij. ‘Volgens mij kun je ook heel goed mensen vangen. Hen helpen als ze problemen hebben. Zorgen dat iedereen erbij hoort. Wil je dat niet eens proberen?’

Simon zei niets, maar hij liet zijn netten liggen en volgde Jezus. Ook Andreas, Johannes en Jakobus gingen voortaan met Jezus mee.

’s Avonds schoot Simon opeens in de lach. ‘Jij bent toch wel de beste visser, Jezus!’ zei hij. ‘En dan bedoel ik niet die volle netten van vanmorgen. Nee, jij hebt ons gevangen, mijn broer, mijn vrienden en mij!

Jezus knikte. ‘Ik ben ook heel blij met mijn vangst’, zei hij.

Uit: Hosanna. Kinderbijbel met meer dan 150 verhalen (Kolet Janssen, ill. Roel Ottow, Van In, 2013) pag. 153-154

Denkvraag

Waarom gaat Simon op het einde van het verhaal wél mee met Jezus, denk je?

Doe-tip

Alle mensen die voor jou zorgen zitten samen in jouw net. Doe er ook de mensen bij die jij zelf soms helpt. Knutsel voor elk van hen een vrolijke vis en schrijf er een naam op!

Print de tekening van de vis en knip hem uit. Met een stuk selder dat je doopt in verf, kun je de vis versieren met prachtige vissenschubben.

https://www.ladylemonade.nl/wp-content/uploads/2021/07/vissen-knutselen-zeedieren-maken-zee-water-papier-kleuters-goudvis-stempelen-verf-min.jpg.webp

Tekening vis:

Gebed

Lieve Jezus,

Je vrienden waren goede helpers.

Ze trokken overal met je mee.

Toen jij er niet meer was,

vertelden ze iedereen over jou.

Maak van ons ook goede helpers,

die jou levend houden

altijd en overal.

Amen.

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.