Kolet Janssen

auteur

Mosterdzaadjes – Lazarus leeft!

22 maart 2023

Illu Roel Ottow

Jezus gaat naar een huis vol verdriet.

Het was stil in het huis van Lazarus en zijn zussen. Je hoorde alleen het gerinkel van lepels en het schuren van een borstel over de vloer. Anders hoorde je Maria en Marta, de zussen van Lazarus, altijd zingen terwijl ze schoonmaakten en kookten. Maar nu stond hun hoofd daar niet naar. Nu konden ze maar aan één ding denken: Lazarus, hun lieve broer, was dood! Het was heel snel gegaan: van de ene dag op de andere werd Lazarus ziek en nog geen twee weken later was hij dood. Maria en Marta misten hun broer heel erg. Uit Jeruzalem kwamen een heleboel vrienden om hen te troosten. Maar één man, de beste vriend van Lazarus, hadden ze nog niet gezien.

Daar kwam Benjamin, de jongste van de buurkinderen, aangerend. ‘Marta,’ hijgde hij, ‘Jezus komt eraan!’ Hij holde meteen weer weg.

Eindelijk! Toen Lazarus zo ziek was, had Marta vaak gedacht: was Jezus nu maar hier! Ze liep Jezus tegemoet. Ze zag aan zijn gezicht dat hij al wist dat Lazarus dood was. Hij sloeg zijn armen om haar heen. ‘Marta’, zei hij.

‘Als jij hier was geweest, zou Lazarus niet zijn doodgegaan!’ riep Marta uit. ‘God geeft jou alles wat je hem vraagt!’  Tranen stroomden over haar wangen.

‘Marta,’ zei Jezus terwijl hij haar hand streelde, ‘je broer zal verrijzen.’

Marta knikte. ‘Op het einde van de tijden, dat weet ik wel. Maar ik mis hem nu.’

Jezus ging mee naar huis en omarmde ook Maria. Ze huilde dikke tranen. De vrienden uit Jeruzalem begonnen mee te huilen en ook bij Jezus liepen de tranen over de wangen.

‘Waar hebben jullie hem neergelegd, waar is zijn graf?’ vroeg Jezus. Hij veegde met zijn hand over zijn ogen. De vrienden wezen hem de weg. Marta en Maria liepen mee. ‘Hij moet wel veel van Lazarus gehouden hebben’, zei één van de vrienden.  Maar een vrouw antwoordde: ‘Waarom is hij dan niet wat vroeger gekomen? Hij heeft toch ook die blinde genezen?’

Daar was het graf. Jezus begon meteen uit volle kracht tegen de steen die voor de opening lag te duwen. Het leek wel alsof hij boos was. ‘Help me eens!’ zei hij hijgend tegen de vrienden. Ze aarzelden eerst, maar dan hielpen ze mee. 

Opeens sprong Marta naar voor. ‘Jezus, Lazarus is al vier dagen dood!’ Marta wilde niet dat iemand zou ruiken hoe het lichaam van haar broer verging. Ze wilde niet dat iemand zag hoe lelijk het lichaam van haar broer werd.

‘Marta,’ zei Jezus, ‘je weet toch dat God heel groot is. Geloof je dat?

De steen was weggerold. Jezus keek naar omhoog. ‘Dank u, Vader, omdat U naar mij heeft geluisterd’, bad hij. Dan keek hij naar binnen in het graf in de rots. ‘Lazarus, kom naar buiten!’ riep hij. Het was doodstil. Dan bewoog er opeens iets. En daar verscheen Lazarus. Hij strompelde naar buiten, met de doeken nog om zijn voeten, zijn handen en zijn gezicht. ‘Maak die doeken voor zijn gezicht los’, zei Jezus. 

Maria slaakte een kreet en rende naar Lazarus toe. Iedereen begon opgewonden te praten.

Marta trilde zo hard op haar benen dat ze moest gaan zitten, zomaar met haar schone kleren op de grond. Lazarus leefde! Jezus sloeg zijn armen om Lazarus heen. Jezus moest wel heel bijzonder zijn, dacht Marta. Hij moest wel heel dicht bij God staan. 

Naar Johannes 11,1-45

Uit: Hosanna. Kinderbijbel met meer dan 150 verhalen (Kolet Janssen, ill. Roel Ottow, Van In, 2013) pag. 179-180

Denkvraag

Als je veel van iemand houdt, blijft die persoon altijd leven in je hart. Hoe voel je dat? Hoe weet je dat? Helpt God je daarbij?

Doe-tip

Maak een herinneringskaart voor iemand die gestorven is en van wie je heel veel houdt. Schrijf of teken erop wat je aan hem of haar doet denken.

Gebed

Lieve God,
het is zo erg als iemand doodgaat.
We hebben verdriet,
ook al weten we dat hij of zij nu bij jou is.
Help ons om elkaar niet los te laten,
in dit leven en over de dood heen.
Amen.

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.