Kolet Janssen

auteur

Manna – De boom en de slang

13 september 2023

Illu Roel Ottow

Wat hebben we toch gedaan?

Mensen denken al heel lang na over alle pijn en alle slechte dingen die er op aarde zijn. Waar komen die toch vandaan? In dit verhaal proberen ze een antwoord te vinden.

De man en de vrouw woonden in de tuin van God en ze hadden het daar erg naar hun zin. Op een dag, toen de vrouw net bezig was een bloem in haar haren te steken, hoorde ze opeens een stem die uit een boom kwam. ‘Is het waar dat God jullie van geen enkele boom in de tuin laat eten?’ De vrouw keek op en zag een grote, groene slang die zich om een tak had geslingerd. Dat dier had ze nog niet eerder gezien.

‘Daar is helemaal niets van waar’, zei de vrouw een beetje boos. ‘We mogen juist van alle bomen uit de hele tuin eten. We hebben nooit honger. Er is alleen één boom waarvoor God ons gewaarschuwd heeft. Dat is de boom van de kennis van goed en kwaad, die staat hier toevallig vlakbij. Als we daarvan eten, worden we ongelukkig, zegt God.’

De slang lachte vals. ‘Wat een onzin! Natuurlijk wil hij niet dat jullie van die boom eten, want dan worden jullie net zo slim als God. Zie je dan niet wat een prachtige boom het is, en hoe lekker zijn vruchten er uitzien?’

De vrouw keek naar de boom van de kennis van goed en kwaad. Zo slim zijn als God, wat kon daar nu verkeerd aan zijn? Dan zouden alle andere wezens naar haar opkijken. Hoe langer ze ernaar keek, hoe glanzender en sappiger de vruchten haar leken. Zonder iets te zeggen stak ze haar hand uit, plukte een vrucht en nam een grote hap.

‘Wat doe je nu?’ hoorde ze de man achter zich zeggen.

Ze zei niets, maar reikte hem de vrucht. Ook de man nam een hap.

Toen keken ze elkaar aan. ‘Wat hebben we gedaan?’ fluisterde de vrouw. Ze voelde helemaal niets van die slimheid. Ze voelde zich opeens alleen heel verdrietig. Ze kropen weg tussen de struiken.

Tegen het einde van de dag wandelde God in zijn tuin en hij riep de mensen.

Met neergeslagen ogen kwamen ze te voorschijn. Ze hadden grote vijgenbladen om hun lijf gebonden, want ze durfden God niet meer in hun blootje onder ogen komen. God zag meteen dat er iets mis was. ‘Hebben jullie gegeten van de vruchten van de boom van de kennis van goed en kwaad?’ vroeg hij zacht.

De man knikte. ‘De vrouw heeft er mij van gegeven’, zei hij.

God keek naar de vrouw. ‘De slang heeft gezegd dat het geen kwaad kon’, zei ze bijna onhoorbaar.

‘Ach, mijn mensen, waarom willen jullie meer zijn dan mensen? Jullie kunnen hier niet blijven’, zei God. ‘Jullie gaan het moeilijk hebben. Je zult hard moeten werken voor je eten. Het zal pijn doen om kinderen te krijgen. En op het einde van je leven zul je doodgaan: ik heb je uit stof en aarde gemaakt, en je zult weer stof en aarde worden. Maar vergeet nooit: ik zal er altijd voor jullie zijn.’

De mens noemde zijn vrouw Eva, want dat betekent ‘de moeder van alle levenden’.

En God maakte warme kleren voor de mensen en trok hen die aan.

Naar Genesis 3

Uit: Hosanna. Kinderbijbel met meer dan 150 verhalen (Kolet Janssen, ill. Roel Ottow, Van In, 2013) pag. 101

Denkvraag

Wat is volgens jou het grootste kwaad op aarde? En de grootste pijn?

Doe-tip

Teken een fantasie-landkaart of knutsel een maquette van de tuin van Eden. Wat staat er allemaal in? Waarom is het er zo prachtig?

Gebed

Lieve God,
wij zien dat er veel mensen zijn die verdriet hebben
en veel mensen die fouten maken en anderen pijn doen.
Soms zijn wij zelf die mensen.
Help ons om goed te zijn.
Samen maken wij van onze wereld
stap voor stap weer een beetje een paradijs.
Amen.

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.