Kolet Janssen

auteur

Manna – Hagar en Ismaël

25 oktober 2023

© Roel Ottow

Abraham en Sara zijn ongeduldig.

Meer dan tien jaar woonden Abraham en Sara al in het nieuwe land. Ze hadden veel meegemaakt. Het was niet altijd gemakkelijk geweest. Ze hadden er hun plek moeten zoeken en afspraken moeten maken met de buren. Ze hadden veel rondgetrokken en soms was er nergens voedsel voor hen en hun dieren. Maar ze hadden het altijd overleefd. Met de hulp van onze God, zei Abraham.

Ze mochten niet klagen. Ze hadden hard gewerkt en de kudde was groot geworden. Er woonden veel mannen en vrouwen bij hen om te helpen bij het werk. Abraham en Sara waren gezond. Maar stilaan werden ze oud. En kinderen hadden ze nog altijd niet gekregen. Dat deed pijn: bij Sara, maar ook bij Abraham.

Abraham zat naast Sara, zoals elke avond. Hij vertelde over een wit en bruin gevlekt lammetje, waar het zoontje van zijn knecht Eliëzer altijd mee speelde. Abraham was dol op kinderen.

Daar was Hagar, één van de jonge vrouwen die Sara hielpen. Ze zette een schaaltje met dadels neer en schonk wijn in. Sara zag hoe Abraham naar haar keek. Hagar was mooi. Ze was afkomstig uit Egypte, maar ze woonde graag bij hen. Sara kon echt op haar rekenen bij het werk. Toen ze weg was, legde Sara haar hand op Abrahams arm.

‘Luister eens, Abraham’, zei ze. ‘Waarom neem je Hagar niet als tweede vrouw? Dan kun je van haar een kind krijgen. Bij mij lukt het toch niet.’

Abraham zei niets. Hij keek Sara niet aan. Misschien had hij al eerder aan die mogelijkheid gedacht. Misschien wilde hij haar geen pijn doen en had hij niets gezegd. ‘Je moet het doen’, zei ze. ‘Je moet zorgen voor een erfgenaam. Iemand die voor de kudde kan zorgen, als jij te oud zult zijn. Iemand aan wie je kunt vertellen over je God.’ Sara wist dat het vooral dat was wat hij wilde.

Abraham zei nog steeds niets. Hij knikte en blies de lamp uit.

In de weken die volgden bleef hij soms een nacht weg. Dan wist Sara dat hij bij Hagar was. Ze vond het niet leuk, ook al had ze het zelf voorgesteld. Maar ze probeerde er overdag niet aan te denken.

Tot ze op een dag merkte dat Hagar zich anders gedroeg. Ze liep rechter en sloeg haar ogen niet meer neer als ze tegen Sara praatte. Er zat iets van trots in haar manier van lachen. Sara luisterde de vrouwen af die het eten klaarmaakten. ‘Heb je het al gehoord?’ zei één van hen. ‘Hagar is zwanger!’ ‘Abraham zal blij zijn’, zei een ander. ‘Bij Sara lukt het toch niet meer.’ Sara ging snel naar buiten. Ze zou moeten blij zijn, maar ze was het niet. Waarom raakte Hagar meteen in verwachting? Sara wachtte al jaren tevergeefs! Was dat soms eerlijk, God? Ze voelde zich oud en leeg.

Abraham sprak er met geen woord over, maar Sara voelde dat hij blij was. En ongeduldig om zijn kind te zien. Hagar stak haar buik vooruit, nog lang voordat er iets te zien was. Ze paradeerde door het kamp en liet iedereen merken dat ze nu de tweede vrouw van de baas was. Ze werkte veel minder dan vroeger. Voortdurend wilde ze rusten of haar rug laten masseren. Sara ergerde zich dood. Ze kon Hagar niet meer uitstaan. Ze zette haar voortdurend op haar plaats. Ze stuurde haar terug als ze de kleren niet goed gewassen had en liet haar alles opnieuw doen. Ze snauwde haar af tot Hagar tranen in haar ogen kreeg. Ze hoefde toch geen praatjes te krijgen alleen omdat ze een kind kreeg! Eindelijk was het dan zover: Hagar baarde een zoon. Abraham straalde. Hij noemde hem Ismaël en hij was niet van hem weg te slaan. De vrouwen moesten erom lachen.

Hagar gedroeg zich daarna helemaal alsof ze de meesteres was. Ze was alleen nog bezig met Ismaël en deed vaak alsof ze het niet hoorde als Sara haar iets opdroeg. Had ze maar nooit aan Abraham gezegd dat hij Hagar als tweede vrouw moest nemen…

Naar Genesis 16

Uit: Hosanna. Kinderbijbel met meer dan 150 verhalen (Kolet Janssen, ill. Roel Ottow, Van In, 2013) pag. 11-12

Denkvraag

Vind jij het soms moeilijk om te wachten op iets wat je beloofd is? Vertel erover.

Doe-tip

Knutsel een geboortekaartje voor Ismaël. Schrijf er zijn naam op, zijn gewicht en lengte, en de namen van zijn ouders. Wie mag er peter en meter zijn? Versier het kaartje mooi!

Gebed

Lieve God,
wij zijn soms ook ongeduldig.
We kunnen niet wachten tot het feest is.
Of we vinden het moeilijk als mensen oorlog voeren
of slechte dingen doen voor het klimaat.
Help ons om het vol te houden
en samen te blijven geloven in het goede.
Jij staat altijd aan onze kant.
Amen.

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.