Kolet Janssen

auteur

Het heksensyndroom, part 2

29 maart 2019

Ik ben bij de huisarts voor de halfjaarlijkse controle van mijn vel. Of er geen verdachte vlekjes zijn opgedoken die snel een halt moeten worden toegeroepen.

‘Heb je speciale klachten?’ vraagt de dokter.

‘Nee,’ zeg ik, ‘alleen een paar uitgroeisels. Zoals hier.’

Ik wijs op het wratachtige bultje in mijn hals.

‘Ik krijg overal van die rare dingen’, vertel ik hem. ‘Ik denk dat ik een heks aan het worden ben.’

Hij lacht minder hard dan ik hoopte. ‘Ja, dat klopt’, antwoordt hij vrolijk. ‘Dat zijn typische ouderdomswratjes. Maar geen nood: we gaan dat straks meteen bevriezen en dan ben je er vanaf.’

Zo eenvoudig kun je tegenwoordig onthekst worden blijkbaar.

Terwijl hij mij naar de onderzoekstafel verwijst, probeert hij mij het verschil uit te leggen tussen vlekjes die mogelijk schadelijk kunnen worden en andere bultjes die niet meer dan een esthetisch probleem vormen. Ik luister maar met een half oor. Gelukkig wil hij ook die laatste categorie bestrijden.

De dokter begint vol overgave te prikken, te snijden en te lijmen, plakt pleisters en haalt de stikstof tevoorschijn. Het bevriezen maakt een schroeiend geluid en ruikt naar onvervalste brandstapel. Dit zal zeker effectief zijn.

‘Wat je nu vooral niet mag doen, is eraan krabben’, vermaant hij mij. ‘Als je het zo laat genezen tot het korstje eraf valt, ga je er niks meer van zien. Maar als je gaat krabben…’ Hij maakt zijn zin niet af. Ik kijk even stiekem naar mijn vingernagels. Ziet hij daar misschien al de eerste verschijnselen van heksenklauwen? Ik beloof braaf van er niet aan te komen.

……..

‘Jij hebt daar een pleister’, wijst het meisje bij mijn volgende auteurslezing.

Ik knik. ‘Ja, dat is om mijn heksenwrat te verbergen.’

Ze kijkt me onderzoekend aan. Ik besef dat ik moet uitkijken wat ik zeg, ik wil in deze leuke bibliotheek best nog wel eens uitgenodigd worden.

‘Als je oud wordt, beginnen er soms rare knobbeltjes op je vel te groeien’, herpak ik me. ‘En dan moet de dokter die weghalen.’

‘Doet dat pijn?’ wil ze weten.

‘Neu’, zeg ik stoer. ‘Het ziet er alleen een beetje gek uit, met zo’n pleister, hè?’

En als een echte Baba Yaga laat ik vol welbehagen mijn blik over de hele groep kindertjes glijden. Lekkere hapjes, stuk voor stuk. Een beetje auteur moet zich in heel verschillende personages kunnen inleven. Dat kan soms makkelijk en soms moeilijk zijn. Maar bij een heks kost het me verdacht weinig moeite.

 

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.