Kolet Janssen

auteur

Het onkruid van de lucht

23 juli 2023

Kun je van vogels houden, maar niet van duiven? Het is een vraag waarmee wij in onze buurt al enkele jaren worstelen. Vooral in de nestel- en broedperiodes van de duif kampen wij met zeer tegenstrijdige gevoelens.

In onze aaneengesloten stadstuinen zitten veel vogels. We worden ’s ochtends wakker van fluitende vogeltjes. Er zijn mussen, mezen en merels en zelfs een paar zwaluwen. En er is ook een toenemende kudde houtduiven.

Die duiven zijn in onze buurt niet graag gezien. Ze zijn te dik en te plomp. Hun eindeloos ‘roekoe’ gaat snel vervelen. Hun uitwerpselen zijn veel te groot en als ze opdrogen in de zon, heb je een beitel nodig om ze weg te bikken van je terras of balkon. Maar het ergste is dat ze dol zijn op nestplekjes vlakbij mensenhuizen. Op de vensterbank van de badkamer. Achter de klimop bij de slaapkamer. Op een richel boven de voordeur. In de dakgoot of bovenin de schoorsteen. Hoe dichterbij, hoe liever. Dan bezetten ze wekenlang hun nestplek en brengen een stel schriele duifkuikens voort, die veel te snel groeien en binnen de kortste keren zelf aan een nest beginnen. En ondertussen flatsen ze hun zwart-witte uitwerpselen als merktekens op de grond onder elke zit- of slaapplaats.

Onze buren zijn strijdvaardig. Ze klappen in hun handen en roepen om de dieren weg te jagen. Maar die zijn onverstoorbaar. Ze plaatsen pinnen of reflecterende spulletjes om ze af te schrikken. Maar de duiven rukken alles weg wat in hun weg staat en gaan verder met het bouwen van hun slordige takkennest. Ze zijn het onkruid van het luchtruim. Niet graag gezien maar onverwoestbaar.

Elke winter hangen mijn buren en ik mezenbollen. De vogels zijn onze vrienden. We hebben nestkastjes met kleine, ronde gaatjes aan de bomen bevestigd. We zetten schaaltjes met water klaar als het droog is. Maar die duiven zien we liever elders, ver weg, in hoge bomen aan de andere kant van de stad. Er is een grens aan onze vogelliefde en de duif is erover.

Ook al is de duif het symbool van de vrede, wij worden agressief van hun opdringerige aanwezigheid. Bovendien staat de duif ook nog voor de geest van God. Daarmee doe je ook niet wat je wil, dus dat kan kloppen. Al wordt het steeds moeilijker om met een serene blik te kijken naar afbeeldingen van de heilige geest. Zo stellen de duiven nu ook nog mijn geloof op de proef.

Onlangs wandelde er een duif over mijn terras die me met een schuin kopje brutaal aankeek. Ze vloog niet eens meer weg toen ik ‘ksst’ riep.

‘Arrogant beest’, foeterde ik.

‘Roekoe’, antwoordde ze kalm.

Er zit niets anders op dan te proberen ze te negeren. Maar daarvoor heb ik eerst nog een extra portie vrede nodig.

(Kerknet.be 23 juli 2023, afb. van Ian Lindsay via Pixabay)

5 reacties op “Het onkruid van de lucht”

  1. Frans schreef:

    Anticonceptie is in kerkelijke kringen een eikele zaak. Toch wordt het op het Sint-Pietersplein gebruikt om duiven te bestrijden: R-12.
    Dit anticonceptiemiddel bevat geen hormonen. Hierdoor komen er geen schadelijke stoffen in de bodem of in het oppervlaktewater. In een maïskorrel kan het niet door kleinere vogels opgegeten worden.
    Duiven zijn niet vertrouwd met coïtus interruptus… Ik zou zeggen, schaf u een grote zak met eten aan en voeder het met een gerust gemoed aan uw duiven.

    Van de andere kant: een duif voelt ook aan waar het goed om wonen is 🙂

  2. An Goen schreef:

    Dat werkwoord “flatsen” is zo grappig, Kolet! Het hele stukje is trouwens geweldig! Je verwoordt ook ónze ‘duivelse’ gevoelens!

  3. maria de meersman schreef:

    Lieve Mevrouw Janssen,

    Zeg a.u.b. nooit meer dat de houtduif
    dik is en plomp,
    dat hun roekoe verveelt.

    Schrijf a.u.b. nooit meer dat de houtduif
    het onkruid van de lucht is,
    dat ze niet graag gezien is en onverwoestbaar.

    Zeg a.u.b. nooit meer dat de houtduif
    een brutale blik heeft en arrogant kijkt.

    Noem de jongen van de houtduif nooit meer
    schriele duifkuikens,
    Noem het nest nooit een slordig takkennest..
    Neem de woorden flatsen, zwart-witte uitwerpselen en
    merktekens niet in de mond.

    Denk vooral niet dat een mens goed bezig is
    als in een schriel stadstuintje mezenbollen hangen
    nestkastjes met kleine ronde gaatjes aan die ene ziekelijke boom zijn bevestigd,.
    als er schaaltjes water staan.

    Die schattige meesjes haten die taaie mezenballen
    opgehangen in dat groene gatending.
    De merels hebben het fluitend over krenterigheid
    zij dromen van meelwormen.

    Prijs je gelukkig dat er nog een stel mussen
    een stadstuintje bezoeken, hun aantal slinkt
    jaar na jaar.
    And last but nog least…

    spreek om de liefde Gods nooit meer over onkruid
    want onkruid dat bestaat niet.

    wees gerust een mens krijgt alles uitgeroeid
    de houtduif krijgen ze ook wel klein.

    Roekoe
    Maria.

    1. Kolet Janssen schreef:

      Dag mevrouw De Meersman,
      Excuus, ik heb u blijkbaar diep gekwetst en dat was helemaal niet de bedoeling. Mijn stukje wilde een luchtig en ironisch zomerstukje zijn, met als doel verbroedering met mensen met dezelfde frustraties. Het is ver van mij om op te roepen tot haat tegen houtduiven of welke dieren dan ook. Het spijt mij als dat bij u toch zo overkwam.
      Lieve groet!

  4. Frans schreef:

    Lieve mevrouw Maria,
    Waren uw oprispingen ironisch bedoeld…of serieus

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.