Verlichte ramen
5 december 2023
Het is koud en donker hier, na drie weken zonneschijn en warmte in Australiƫ. Maar na enkele dagen bibberen zie ik toch weer de schoonheid van afgevallen bladeren, van kale takken, van kerstverlichting die echt het verschil maakt in donkere dagen. Niet zoals de zinloze verlichte kangoeroes op de rotondes bij stralende zonneschijn ginder.
En ik voel weer de troost van verlichte ramen in de schemering.
Als kind al was ik erdoor gefascineerd. Op de terugweg van mijn grootouders reden we de lange rit naar huis door het bijna-donker. Langs alle wegen stonden huizen en vaak waren er ramen waarachter licht brandde. Soms een felle lamp, soms een schemerlichtje, soms verschillende kleine lichtjes tegelijk. Af en toe zag ik zelfs mensen bewegen achter die verlichte ramen. Maar vaak waren de gordijnen dicht en kwam alleen de gloed van het licht erdoorheen.
Ik fantaseerde voor al die huizen een leven bij elkaar: wie erin woonde, hoe oud ze waren en hoe ze heetten, waarmee ze bezig waren. Ik rook de geur van soep of wafels, ik hoorde stemmen van spelende kinderen of goedmoedig brommende ouders, ik zag altijd wel ergens een stoeltje of een kussen waarop ik zou kunnen passen om mee te doen met de gezelligheid.
Hoe meer ramen er verlicht waren, des te liever was mij het huis. Want dan zag ik er gezinnen met grote en kleine kinderen, die altijd wel iemand vonden om mee te praten of naar te luisteren.
Zelf droomde ik van een huis met wel zeven kamers vol licht. En het mooie is dat ik dat nog heb gekregen ook.
Misschien woon ik daarom zo graag in een stad als Leuven, waar de studentenhuizen in onze buurt de helft van de huizen uitmaken. En waar dus de ramen tot op de tweede verdieping en zelfs onder het dak elke avond tot heel laat een helder licht uitstralen.
Het is weer advent. Misschien verlicht ik elke week een raampje meer.
(Photo by Fons Heijnsbroek on Unsplash)