Fotowand
30 april 2020
In ons hoge, smalle stadshuis hebben wij een trap die helemaal naar de derde verdieping loopt. Langs de muren daarnaartoe hangen we al jaren foto’s van onze kinderen, onze ouders en onszelf. Ook de mooiste vakantieoorden kregen er een plek. Er hangt een foto van mijn al lang overleden schoonouders met onze jongste zoon als baby op schoot. Onze twee (nu volwassen) dochters in een blauw schelpbadje. Vijf kinderen voor een kerstboom. Peuter- en puberversies van diverse kinderen en pleegkinderen, jongere versies van onszelf. Een paar trouwfoto’s. Achtergronden van bergen en meren, van oude steden en groene weiden.
In normale tijden liep ik er vaak langs zonder er acht op te slaan. Druk onderweg naar boven of beneden, waar iets dringends wachtte. Maar nu betrap ik er mezelf op dat ik er meer en langer naar kijk. Het ging allemaal zo snel voorbij. En het is nu zo onbereikbaar.
Herinneringen zijn altijd dubbel. Ze zijn een troost, omdat ze heel even oproepen hoe fijn het toen was. Maar ze doen ook verlangen naar meer geluk, meer samenzijn.
Voorlopig moet ik het stellen met mijn fotowand. Maar ik leef op hoop, zoals wij allen. Ooit komen er weer nieuwe foto’s bij aan onze muur. Dat zal een droom zijn.