Grafgesprek
22 oktober 2025

Tot voor kort moest ik mijn ouders op twee plaatsen bezoeken: mijn vader in zijn urn op het kerkhof, mijn moeder op haar kamer in het woonzorgcentrum. Voor het eerst in acht jaar zijn ze nu weer samen en hoef ik maar naar één plek.
Ik loop met mijn chrysantje over het kerkhof, tot bij het graf met hun namen en foto’s.
We zwijgen alle drie.
Mijn vader zei tijdens zijn leven al niet veel en dat is er met dood te gaan niet beter op geworden. In de gesprekken met mijn moeder vielen de laatste jaren steeds meer gaten. Als ze iets zei, waren het vaak dezelfde zinnen, van jaren geleden en nog altijd. Moedergeruis, meer achtergrond dan betekenis.
‘Je zult eerst de bladeren moeten weghalen’, hoor ik mijn vader zeggen. ‘Maak het gat maar diep genoeg, anders waait je plantje omver.’
‘Er zijn nog veel knopjes aan’, zegt mijn moeder goedkeurend. Dat zinnetje hoorde ik al in mijn hoofd toen ik het plantje kocht.
Daarna zwijgen we nog een poosje tegen elkaar op. Zij liggend en ik staand. Over hoe het daar is waar ze nu misschien zijn, kunnen ze niets vertellen. Van wat er hier allemaal gebeurt, hoeven zij niet meer wakker te liggen.
Ik denk aan een zondag waarop mijn vader een tienkamp organiseerde voor mij en hem alleen. ‘Decathlon’, leerde hij mij alvast een woordje Grieks. Tien spelletjes waarvan de score nauwkeurig werd bijgehouden. Kaarten en ganzenborden en tafeltennis en nog veel meer. Wat een luxe, om mijn vader een hele dag voor mezelf te hebben.
Dat is wel een chrysantje waard.
;)
;)
;)
;)
;)