Kolet Janssen

auteur

Onkruid

20 juni 2021

Ik ken niemand die onkruid zaait. ‘Onkruid groeit vanzelf’, zei mijn moeder vroeger, als ze weer een hele middag had staan schoffelen in haar voortuin. Wij zaaien nu ‘weidebloemen’ in een verloren hoekje en dat komt wellicht het dichtst in de buurt.

Jezus kende blijkbaar wel mensen die onkruid zaaiden. Mensen die om hun buurman te pesten onkruid zaaiden op zijn korenveld. Dat las ik van de week opeens in een evangelietekst die ik al jarenlang over me heen laat gaan, zonder het ooit te hebben opgemerkt.

Misschien groeit in het droge land van Jezus zelfs onkruid niet vanzelf. Of misschien waren er mensen die echt lelijke dingen deden op het veld van hun buurman.

Jezus raadde aan om dat onkruid vooral niet weg te halen. Je zou dan ook de tarwehalmen mee kunnen uittrekken, was zijn argument. Maar volgens mij had Jezus stiekem ook een zwak voor onkruid.

Hij wist als geen ander dat ook onkruid prachtige bloemetjes kan voortbrengen. Dat er vogels en bijen op afkomen. Als het dor en uitgebloeid is, aan het einde van het seizoen, eindigt het wel op de brandstapel. Maar voordien mag het groeien en bloeien. Je weet maar nooit of er toch iets goeds van komt.

In het Rijk van God is er plaats voor iedereen. We proberen allemaal dapper om zoveel mogelijk tarwe te zijn, om recht omhoog te groeien en volop vrucht te dragen. Maar allemaal hebben we dagen waarop we hartgrondig het onkruid uithangen. Waarop we stekelig zijn of ons vastklemmen aan anderen om overeind te blijven. Dan is het fijn dat we er mogen zijn, dat we samen verder mogen groeien.

En onze Vader laat de zon schijnen en de regen vallen voor onkruid en tarwe tegelijk. Dat Rijk van God wordt een heerlijk allegaartje.

(Kerknet.be 20 juni 2021, afb. van Sipa via Pixabay)

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.