Spelen
18 april 2024
De wereld van games intrigeert me. Een fictieve wereld vol mogelijkheden, met overal uitdagingen en gevaren, met geliefden om te beschermen en vijanden om te verslaan, wat wil een mens nog meer? Ik ben veel te vroeg geboren, maar ik weet zeker dat ik me er helemaal in had kunnen verliezen.
Onlangs ontwikkelde Thomas Waterzooi (ik ben jaloers op zijn naam alleen al) een game rond Ensor, op vraag van de Vlaamse Gemeenschap. ‘De ideale game voor als je nog nooit zoiets hebt gedaan’, vertelde een kenner me. Het was bovendien gratis, dus ik had niets te verliezen.
Ik downloadde met enige moeite de app op mijn smartphone en ging aan de slag. Al snel verzeilde ik in een schilderij van Ensor. Het skelet dat je doorheen het hele spel loodst, kreeg ik na wat zoeken in beweging. Bovenaan verschenen flesjes en cijfers, met daarnaast een lampje. Opdrachten en tips, leerde ik na wat trial and error. Ik slaagde erin mijn skelet twee kamers verder te laten stappen en een aantal flessen te spotten, wat me hier en daar wat punten opleverde. Maar nooit genoeg om verder in het spel te komen. Na de zoveelste keer gaf ik het ontmoedigd op. Ik had nog één straaltje hoop: misschien kon mijn 10-jarige kleinzoon me verder helpen.
Op woensdagnamiddag overhandigde ik hem mijn smartphone en legde ik hem mijn verzoek voor. Voordat ik met mijn ogen kon knipperen, was hij al vier kamers verder, had hij alle flessen en pijlen gevonden, en was hij naar eigen zeggen in een volgend ‘level’. Hij liet het skelet trappen op en af lopen, klikte op knopjes van mijn gsm waar ik meestal liever afblijf, opende en sloot deuren en ontdekte in dezelfde app meer moois en leuks dan ik in mijn eentje op een heel uur. En dat alles in een handomdraai.
‘Wacht even, je moet het mij leren!’ drong ik aan. Hij deed zijn best. Zijn vingers bewogen te vlug om er iets van op te steken, maar als ik hem vroeg om te formuleren wat hij precies deed, lukte het beter. Hij wees me waarop ik moest letten, hoe ik kon zien waar de opdrachten waren uitgevoerd en waar nog niet, wat je moest doen om uit te zoeken of en hoe je nog verder kon. Ik begon er langzaamaan plezier in te krijgen. Hij liet me even proberen, maar nam het schermpje al gauw weer over. Wellicht was mijn gestuntel bijna niet om aan te zien voor hem.
Straks ga ik het nog eens stiekem in mijn eentje doen. Misschien lukt het, misschien helemaal niet meer. Maar wat doet dat ertoe? Ik ga het gewoon nog eens proberen. Gamen is tenslotte gewoon spelen.
(Photo by Onur Binay on Unsplash)