Kolet Janssen

auteur

Tienkamp

24 mei 2019

Eens om de zoveel maanden verraste mijn vader me op zondagochtend met de mededeling dat het die dag ‘tienkamp’ was. We zouden tien verschillende spelletjes spelen, verspreid over de hele dag, en de resultaten bij elkaar optellen om de uiteindelijke winnaar te bepalen. Hij maakte daarvoor een scorebord op de achterkant van het wekelijkse parochieblaadje.

Ik was tot mijn twaalfde een enig kind, een feit dat ik nog steeds als excuus inroep om te verklaren dat ik niet tegen mijn verlies kan. Op lege vakantiedagen speelde ik soms ganzenbord met de zes verschillende gekleurde ganzen van het spel tegen elkaar. Natuurlijk had ik stiekem mijn favoriet, de gele. Maar zoiets is toch niet hetzelfde als met andere kinderen spelletjes spelen.

Dus op een tienkamp-dag kon ik mijn geluk niet op. We begonnen al na het ontbijt, gingen tussendoor naar de mis en de bibliotheek, we aten als mijn moeder ons riep, maar verder speelden we de hele dag. We hoefden ons niet te haasten, we namen de tijd. Ik kreeg een hele dag vol aandacht van mijn vader. Ik wentelde me in die luxe.

We speelden allerlei kaart- en bordspelletjes, maar ook meer fysieke activiteiten zoals tafeltennis (op de keukentafel, met een netje dat altijd scheefzakte) en iets dat ‘landverkopen’ heette en waarbij we met oude messen in de aarde van de tuin gooiden. Sommige korte bordspelletjes bestonden bovendien uit verschillende rondes. Vlooienspel bijvoorbeeld, waarbij we vooral over de grond kropen om de ver naast de pot geschoten ‘vlooien’ weer op te rapen.

Ik kon mijn geluk niet op. Het was een eindeloze dag vol plezier. Het maakte ook niet uit wie er uiteindelijk won. Als ik nu bij een atletiekwedstrijd iets hoor over tienkamp, denk ik automatisch aan vlooienspel en ganzenbord. En aan een heerlijke dag, waaraan nooit een einde leek te komen.

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.