Verlangen naar de herfst
8 september 2020
Elke zomer denk ik dat ik het dit jaar niet zal laten gebeuren. En dan blijkt altijd weer dat het niet valt tegen te houden. Het verlangen naar de herfst.
Niets vind ik zo heerlijk als met blote armen in de zon zitten. Een boek lezen onder een boom, met een drankje binnen handbereik. Samen met de buren (nu wel op veilige afstand) buiten blijven praten, zonder te moeten huiveren van de kou of schuilen voor de regen. De zomer is een gul seizoen. Mensen worden er vanzelf ruimhartiger van. Ik kijk dus niet uit naar de herfst, als alles weer guurder wordt.
En toch is er iets diep vanbinnen, dat hunkert naar de behaaglijkheid van binnen zitten als het buiten stormt. Het begint op een avond waarop je besluit om geen glas water-met-een-smaakje in te schenken, maar een kop geurige muntthee te zetten. Waarop je met een dekentje in de hoek van de bank kruipt. Waarop je die zachte trui uit de kast haalt.
Met al die kleine, zachte en warme details haalt de herfst ons elk jaar weer over de streep. Gezellig, zo samen naar de film kijken. Misschien kan ik weer eens die kaneel-met-appelcake bakken. Kijk die blaadjes eens voorbij het raam vliegen! Zou het al tijd zijn voor pompoensoep? En kaarsjes branden is ook fijner als het vroeger schemert. In de verte hoor ik de kerstklokjes al klingelen.
Het najaar plooit ons terug op onszelf. Handig in coronatijden? Misschien wel, al willen we ook gezellige bubbels vormen, met meer dan alleen familie. En stilaan wordt het buiten te koud, ’s avonds toch. We vinden er wel iets op. Vuur is ook fijn in de herfst.
Het wordt herfst. Ik leg me erbij neer. Tegenhouden lukt toch niet. En ooit wordt het weer zomer.
(Afb. van Alisa Anton via Unsplash)
“en de schoonheid droomt van boom tot boom….” ‘Den herst’ maakt ons kalm en vol herinnering aan vroeger tijden.