Kolet Janssen

auteur

Te veel woorden

30 maart 2025

Niemand kan mij ervan beschuldigen dat ik niet van woorden hou. In vele opzichten leef ik van woorden. Ik weet hoe dodelijk zwijgen kan zijn en hoeveel licht en lucht een paar woorden op het goede moment kunnen brengen. Maar toch. Trop is altijd te veel.

In veel kerken, waaronder die waar ik thuis ben, verdrinken we soms in een zondvloed van woorden. Waar vroeger het Gregoriaans (met ellenlange melodieën op één lettergreep), de wierook en een portie Latijn de dienst uitmaakten, kunnen we nu haast niet genoeg krijgen van zinnen en woorden in het Nederlands.

Na het vaak uitvoerige welkomstwoord, volgt een inleiding. Daarin wordt alvast een tipje van de sluier opgelicht over de lezingen en de preek die we gaan te horen krijgen. De bedoeling is om ons aan het denken te zetten, al krijgen we daar tussen al die zinnen niet echt de tijd voor.

Er volgt een openingsgebed en daarna een litanie aan dingen waarvoor we vergeving vragen. Als het tijd is voor de eerste lezing, zijn we al bijna murw. We laten de lezingen tot ons doordringen, zo moeilijk als ze zijn, en gaan zitten voor de preek.

Die helpt ons om de lezingen te verbinden met elkaar, en met ons leven van nu. Geen gemakkelijke opdracht, en meestal behoorlijk geslaagd. Al zijn er natuurlijk heel wat woorden voor nodig.

De voorbeden passen deze aandachtspunten uitvoerig toe op wat er allemaal misloopt in de wereld. Geen categorie mag overgeslagen worden. En we beperken ons er niet toe om voor deze of gene groep mensen te bidden tot God. Nee, we geven ook duidelijk aan hoe we vinden dat God ons gebed moet opvatten, in welke richting volgens ons de oplossing ligt en hoe we daaraan willen meewerken. Vaak duren de voorbeden bijna even lang als de preek.

Tot daar de dienst van het woord, zou je denken. Maar ook daarna worden we met lange teksten bij de les gehouden terwijl we rond het altaar staan. Af en toe zingen we een stukje en we bidden het stokoude Onzevader, dat ons met woorden verbindt met de man die dit allemaal in gang heeft gezet.

Na de communie komt er iemand uitleggen wat de kinderen in hun eigen ruimte hebben gedaan en waarvoor we letterlijk een duit in het zakje gaan doen bij de omhaling. Er volgen nog een aantal noodzakelijke mededelingen. Het slotgebed rakelt alles nogmaals op, voor het geval we het nog niet goed begrepen zouden hebben. De zegen wordt vaak nog even geduid voordat we eindelijk de warme adem van God over onze hoofden krijgen uitgestrooid.

Veel dingen, ook in onze vieringen, spreken voor zichzelf. Of ze zouden dat kunnen doen, als we ze daartoe de kans zouden geven. De kaars die we aansteken tegen geweld in de wereld en in ons eigen hart, hoeft niet elke viering uitgebreid uitgelegd te worden. Er mag af en toe gerust een portie stilte vallen, waarin we samen opeens de grote aanwezigheid ervaren. Het gebaar waarmee we elkaar de vrede wensen, werkt beter zonder ellenlange uitleg. Als we maar zouden durven. Als we maar zouden geloven dat de Geest werkt, altijd en overal.

(Otheo.be, Photo by Andre Hunter on Unsplash)

 

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.